Nice

Nice is een plek voor levensgenieters. Wij zochten uit wat je zeker moet gezien hebben wanneer je deze stad aan de Côte d’Azur bezoekt.

Kuieren langs de zee

Nice is groot geworden door het toerisme. Het was vroeger niet meer dan een dorp dat eerder naar de bergen dan naar het water gericht was. Nice heeft dan ook geen traditionele haven. Dat veranderde volledig toen de meer gegoede Europese burgers de geneugten van de zee ontdekten. De 7 kilometer lange wandelboulevard werd zelfs vernoemd naar Britse aristocraten die er hun geld lieten rollen: La Promenade des Anglais, of La Prom zoals de inwoners van Nice de boulevard noemen. Ook ’s avonds bruist het hier nog van het leven. De zee aan de ene kant en prachtige gebouwen aan de andere kant, met als hoogtepunt de wondermooie belle-époquegevel van hotel Le Negresco.

Laveren door smalle steegjes

Het oude centrum van Nice is een pak minder bling bling dan de gebouwen aan La Prom en daarmee ook wat gezelliger. De straatjes zijn smal, dus vaart maken zit er niet in. In het midden van het centrum ligt de kathedraal Sainte-Réparate, een mooi bouwwerk uit de 17de eeuw. Aan de rand struin je over de Cours Saleya met een dagelijkse markt (behalve op maandag) waar je naast groenten, fruit en bloemen ook souvenirs als handgemaakte zeep kunt kopen. Liever een wat straffer aandenken aan je bezoek aan Nice? De oudste wijnkelder van de stad, Cave Bianchi, ligt vlakbij. De winkel was strategisch gepositioneerd tussen de zee en de verblijven van de aristocratie die ’s avonds op weg naar huis een flesje wijn kwamen scoren. Er liggen bouteilles van – slik – 15.000 euro, maar gelukkig ook flessen voor mensen die wat minder fortuinlijk zijn.

De keuken van Nice proeven

Eerst even de puntjes op de i zetten. Een salade niçoise waarin behalve tonijn en een ei nog andere gekookte ingrediënten in zitten, mag je meteen in de vuilbak kieperen. Gekookte boontjes of aardappelen? Not done! Maar Nice heeft wel meer typische gerechten, die eerder gericht zijn op groenten dan op vis. Het is geen havenstad, weet je wel. Er zijn heel wat restaurants die focussen op de cuisine nissarde, lokale lekkernijen dus. Een mooi voorbeeld is Lu Fran Calin, waar de bazin naar eigen zeggen Belgische toeristen graag ziet komen, omdat die aan tafel willen genieten van het leven. We spreken haar niet tegen. Wie het graag wat hipper heeft, schuift de voetjes onder tafel bij Bocca Nissa, dat een heel sfeervol dakterras heeft. Reserveren is een must, want het is bijzonder populair.

Naar het nieuwe park

Nice wil niet alleen meer bekend staan omwille van La Prom en doet daarom aan stadsvernieuwing. Zo werd het immense oude busstation afgebroken en op die plaats verscheen een mooie groene strook, de Promenade du Paillon. In de zomer trekt dat langgerekte park heel wat families aan die er komen genieten van de schaduw en de talloze fonteintjes. Binnenkort wordt ook het oude congrescentrum afgebroken, waardoor de Promenade du Paillon nog een stuk langer zal doorlopen.

Een museum meepikken

Ook al is Nice ‘maar’ een regionale stad, toch heeft het een groot aanbod aan musea. Dat gaat van klassieke kunst in het Museum van Schone Kunsten over het Matisse Museum tot het MAMAC voor moderne kunst, dat binnenkort een tijdje sluit voor restauratie. Liefhebbers van het werk van Marc Chagall vinden in Nice een museum dat de artiest nog zelf mee ontwierp en inrichtte. Zo bepaalde Chagall zelf waar welk schilderij moest hangen. Een must voor wie met z’n werk bekend is, maar wie de naam niet kent, kiest beter één van de andere musea.

Naar het mooiste uitzicht wandelen

Het mooiste uitzicht op de stad heb je vanaf de Colline du Château, die op het einde van de Promenade des Anglais ligt. Naar dat kasteel kun je blijven zoeken, want dat staat er niet meer. Het uitzichtplatform is er nog wel. Het is een pittig klimmetje, zeker als het warm is. Wie het wat makkelijker wil kan de lift nemen, al heeft die regelmatig met pannes te kampen. Hoe dan ook, het panorama boven aan de (onnatuurlijke) waterval is erg de moeite.

 

Nice Praktisch

Erheen VAB-Magazine vloog in een uurtje van Brussels South Charleroi naar Nice met Volotea, een nieuwe route in het aanbod van deze luchtvaartmaatschappij. Wist je trouwens dat ook de luchthaven van Charleroi tegenwoordig een lounge heeft? Je kunt er in alle rust wachten op je vlucht terwijl je iets eet of drinkt.

Overnachten Wij verbleven in het moderne Hotel Univers in Nice .

Goed verzekerd Reis het hele jaar door zorgeloos met een VAB-Reisverzekering.

Toeristische informatie www.cotedazurfrance.fr en explorenicecotedazur.com

Vorig artikelOnze favoriete trekpleisters in Cannes
Volgend artikelAntibes: Provençaalse charme aan de Côte d’Azur