© ShutterstockOm ongevallen met openzwaaiende autodeuren te vermijden, wordt aangeraden om de ‘Dutch reach’ te gebruiken. Maar wat is dat nu precies? VAB-Rijschool legt het haarfijn uit.
Wat is de ‘Dutch reach’?
Het is een techniek om van binnenuit je portier te openen, waarbij je automatisch in je spiegel en lichtjes over je schouder kijkt. Daardoor merk je achteropkomend verkeer beter op. Je opent de deur met de hand die het verst van de deurgreep verwijderd is. Voor wie aan de bestuurderskant zit dus met de rechterhand, wie aan de passagierszijde zit, gebruikt de linkerhand.
Waarom is die techniek nodig?
Jaarlijks gebeuren er in ons land meer dan driehonderd ongevallen waarbij een onbedachtzame automobilist het portier openzwaait en daarbij een (brom)fietser raakt. Het invoeren van die techniek kan dat aantal naar beneden brengen.
Waarom heet het de ‘Dutch reach’?
De techniek komt van bij onze noorderburen, vandaar ‘Dutch’. In Nederland wordt het al een tijdje door heel wat instructeurs zo aangeleerd in de rijopleiding. Er bestaat echter nog geen algemeen aanvaarde Nederlandstalige vertaling van het begrip ‘Dutch reach’, al begint de ‘Nederlandse greep’ hier en daar opgepikt te worden.
Is het verplicht?
Hoewel het een van origine Nederlandse techniek is, is het er niet verplicht en ook bij ons is dat niet het geval. Enkel in het Verenigd Koninkrijk is het sinds begin dit jaar verplicht om een autodeur op die manier te openen. Hoewel er dus geen verplichting is, blijft het een uitermate goed idee om deze techniek toe te passen. Het verhoogt de veiligheid en vraagt geen extra inspanning.
Lees ook
Tegen deze fietsregels maken we de meeste fouten
