Rijden in de bergen doe je zo

Rijden in de bergen vraagt om een aangepaste rijstijl. Niet alleen om gevoelige magen te behoeden voor wagenziekte, ook om een oververhitte motor en roodgloeiende remmen te vermijden.

Maak toeren

Gooi alles wat je doet om zuinig te rijden overboord: rijden in de bergen betekent toeren maken. Bij een te laag toerental raakt je motor tijdens de klim overbelast en dus oververhit. Het belangrijkste is dat je luistert naar je wagen. Zet die muziek dus maar even stiller.

Rem op de motor

Probeer zo veel mogelijk op de motor te vertragen. Zo voorkom je schade aan de remmen.

Hou de koppeling niet ingedrukt

Als je de koppeling in neutraal zet, dan krijgt je auto een boost en gaat hij sneller. Dat is, zeker in de bergen, erg gevaarlijk.

Hou rekening met tegenliggers

Alsof alleen rijden in de bergen nog niet lastig genoeg is, moet je ook nog eens rekening houden met anderen. Welke regels gelden bij tegenliggers? Meestal heeft stijgend verkeer voorrang, want zij komen moeilijker weer op gang. Rijd je op een smalle weg? Dan moet degene die het gemakkelijkst aan de kant kan stoppen.

Parkeer veilig op een helling

Zie je het al gebeuren: je geparkeerde auto bolt stuurloos de helling af en richt een enorme ravage aan. Gelukkig zijn er enkele manieren om dit te vermijden. Laat je wagen bijvoorbeeld in de eerste versnelling staan. Of leg een steen achter je wielen. Zet ook je voorwielen schuin, zodat de auto niet recht naar beneden rolt, maar (in het beste geval) in de berm terechtkomt.

Rijd niet met versleten banden

Het spreekt voor zich dat je banden in bergachtige omstandigheden voldoende grip nodig hebben. Kijk dus zeker na of ze nog voldoende profiel hebben en of de bandenspanning goed is. Een reserveband meenemen, is geen overbodige luxe.

Pauzeer op tijd

Rijden in de bergen vraagt veel concentratie en inspanning van de bestuurder. Pauzeer tijdig en wissel af en toe van bestuurder.

Vorig artikelOpnieuw zwarte zaterdag in Frankrijk verwacht
Volgend artikelDoe de verkeerstest!