Getest: Opel Corsa

Zou de nieuwe Opel Corsa nog wel een Opel zijn? Die vraag leefde bij de liefhebbers van het Duitse merk. Ja, zo blijkt, maar wel met Franse trekjes.

Strak en functioneel

Hoewel de Opel Corsa door de overname van Opel door PSA nu een Peugeot-onderstel heeft, draagt het design nog steeds een duidelijke Opel-stempel. Het interieur krijgt een strakke en functionele boordplank, alsook een voorbeeldige afwerking en assemblage. Toch vinden we bij de Opel Corsa nog een klassieke opbouw van het dashboard, met tellers die zichtbaar zijn door, en niet boven, het stuurwiel. Vanaf de Elegance, het derde van de vier uitrustingsniveaus, is een digitaal instrumentenbord standaard. De sportiefste aankleding vind je bij de GS-Line.

De omschrijving ‘stadswagentje’ is hier niet meer op zijn plaats.

De Opel Corsa kreeg een groeischeut

De nieuwe Opel Corsa mag dan wel het instapmodel van Opel zijn, met zijn 4,06 meter is hij niet meer bepaald klein te noemen. De omschrijving ‘stadswagentje’ is hier niet meer op zijn plaats. Er kwam meer beenruimte achterin, maar de achterste portieren zijn vrij kort, wat de instap bemoeilijkt. Ondanks zijn groei van vier centimeter weegt de nieuwe Opel Corsa 108 kilo minder dan zijn voorganger. Samen met de voortreffelijke stroomlijn – de Cx-waarde is slechts 0,29 – zorgt dat voor een beperkt verbruik van 6,2 l/100 km bij de 1.2-turbobenzine met 100 pk. De lichtere 1.2-benzine zonder turbo en met 75 pk doet het zelfs met 5,8 l/100 km, maar deze motor reageert minder spontaan op het gaspedaal en komt dan ook niet zo aangenaam over.

De zesbak doet het beter

De basisuitvoering moet het ook stellen met een manuele vijfbak die zich niet vlot laat schakelen. De manuele zesbak van de zwaardere uitvoering voelt heel wat preciezer aan. De zuinigste blijft de diesel, een 1.5-liter met 102 pk waarmee we een testverbruik van slechts 4,6 l/100 km noteerden. De krachtigste is de 1.2-benzine met 130 pk en standaard een automaat met acht overbrengingen.