onderhoud aan elektrische wagenFoto: Shutterstock

Elektrische auto’s zijn in aankoop een stuk duurder dan hun soortgenoten met een klassieke verbrandingsmotor. Maar, zo zeggen hun verkopers, ermee rijden is een stuk goedkoper. Klopt dat wel? En zijn onze garages klaar voor de elektrische revolutie?

Onderhoudskosten nemen een serieuze hap uit ons mobiliteitsbudget, maar als we de pleitbezorgers van elektrische voertuigen mogen geloven, dan kost het onderhoud slechts een fractie van de servicekost die we kennen van auto’s met een verbrandingsmotor. Want, de motorolie en de filters hoeven niet te worden vervangen, er is geen aandrijfriem, geen koppeling en ook het roetfilter is inmiddels voer voor de geschiedenisboeken. Onder het motto ‘wat er niet in zit, kan ook niet stukgaan’ is het dus best aannemelijk dat een elektrische auto goedkoper is in onderhoud.

Diagnose op afstand

Elektrische auto’s zijn hoogtechnologische producten en vergen een navenante service. Stellen dat er niets misgaat met elektronica en in casu elektrische auto’s is een beetje naïef. Er ontstaat echter een probleem omdat monteurs die gewend zijn om aan verbrandingsmotoren te sleutelen maar zelden kaas hebben gegeten van elektronica, elektrische aandrijvingen en batterijtechnologie. Op de werkvloer van garages wordt het personeel vandaag wel bijgeschoold, maar er bestaan verschillende niveaus. In de eerste plaats moet iedereen die aan een elektrische (of een hybride) wagen sleutelt op de hoogte zijn van de gevaren van de hoogspanningsbatterij. Iemand die bijvoorbeeld een band moet vervangen, hoeft geen expert te zijn, maar moet wel weten dat hij de wagen niet onder de batterij mag opkrikken. De basisexpertise is inmiddels in de meeste garages aanwezig, maar de doorgedreven diagnosetechnici zijn (nog) niet op elke werkvloer beschikbaar.

Tal van constructeur bieden daarom een soort van geleide diagnose op afstand aan. In de garage om de hoek wordt de wagen met de OBD-diagnosestekker (on-board diagnostics) verbonden met de computer. De hoofdzetel (meestal de invoerder) kijkt mee en geeft de lokale garage stapsgewijs instructies met welke interventies moeten worden uitgevoerd. Dat werkt, maar in de praktijk blijkt er nogal wat ruis op die lijn te zitten.

De basisexpertise is inmiddels in de meeste garages aanwezig, maar de doorgedreven diagnosetechnici zijn (nog) niet op elke werkvloer beschikbaar.

War for talent

Een praktijkvoorbeeld leert ons dat er nog werk aan de winkel is. Wij brachten een EV met een laadprobleem naar een landelijke dealer die ons gretig bevestigde dat hij al tal van EV-modellen had verkocht en ook service bood. De diagnose werd snel gesteld, want in het laadcontact (waar je de laadkabel dagelijks inplugt) was één van de pennetjes losgekomen en naar achteren gedrukt. Het contact, inclusief kabelboom, moest volgens de garagist worden vervangen. Toch was het probleem niet opgelost. Meer nog, bleek dat elke laadstekker één pennetje heeft dat iets meer verzonken zit. Kortom, het was wellicht de eerste keer was dat de monteur het bewuste contact van dichtbij zag.

Officiële verdelers proberen hun klanten naar zo goed mogelijk te helpen, maar lopen vaak tegen hun limieten aan. We zien nog een heel groot verschil met de grotere concessies, waar wel geïnvesteerd kan worden in hooggeschoolde elektronicaprofielen die perfect in staat zijn om een EV-probleem te counteren. Wellicht is dat ook één van de redenen waarom we evolueren naar steeds grotere garagebedrijven. De war for talent woedt volop in de autosector.

We vroegen verschillende snelfitters en mulitimerkgarages of ze een probleem met een EV wilden oplossen. Bij de meeste kregen we tussen de regels te horen dat we beter naar de merkdealer zouden gaan. De multimerkgarages gaven ons het eerlijkste advies en communiceerden helder over hun nog beperkte expertise. Buiten onze landsgrenzen, bijvoorbeeld in Nederland, waar de EV breder is verspreid, kun je wel merkonafhankelijke autobedrijven vinden die zich hebben toegelegd op het herstellen van specifieke EV-problemen.

Goedkoper onderhoud?

Deze vraag verdient een genuanceerd antwoord. Het geplande onderhoud is veel goedkoper, want er zijn minder oliewissels nodig en er hoeft geen aandrijfriem te worden vervangen op vastgestelde tijdstippen. Maar, dingen gaan stuk en elektronica is daarop jammer genoeg geen uitzondering. Omdat de expertise op de garagevloer vandaag nog beperkt is, worden problemen veelal verholpen door volledige units te vervangen, terwijl er vaak slechts enkele componenten in die unit falen. Die werkwijze zorgt ervoor dat meer garages problemen kunnen verhelpen, maar de facto te veel vervangen met peperdure garagefacturen tot gevolg. Kortom, zolang er niets stukgaat, is een EV goedkoper in onderhoud, maar wanneer er onderdelen falen, dan swingt de herstelkost snel de pan uit. Laat ons vooral hopen dat – naarmate het aandeel EV’s in het wagenpark groeit – er een nieuwe generatie elektronici opstaat die de units waaruit een elektrische wagen is opgebouwd kan herstellen op componentniveau. Enkel op die manier  zullen reparaties ook voor de particuliere EV-rijder betaalbaar worden.

 

Lees ook

7 tips om met de elektrische wagen op vakantie te gaan

Alles wat je wil weten over de laadpas voor je elektrische auto

Thuis je elektrische auto laden, hoe doe je dat?

Vorig artikelRenovatie knooppunt Zwijnaarde: twee jaar file-alarm in Gent
Volgend artikelDekt de verzekering alle passagiers?