stadsverkeer Groningen© OV Bureau Groningen Drenthe

Veel steden willen hun stadscentrum veiliger maken. In het Nederlandse Groningen ligt een ambitieus plan op tafel, eentje dat een aantal gedurfde keuzes maakt. Kan het inspiratie bieden voor onze centrumsteden? 

Groningen in de noordelijke punt van Nederland maakt zich klaar voor een tweede transformatie. Al in 1977 rolden ze daar een eerste circulatieplan uit dat voor die tijd vooruitstrevend was door de auto terug te dringen. Hun nieuwe plan bevat ingrediënten die ook bij ons toegepast worden. Lagere snelheden, straten herinrichten, gemengd verkeer, meer en beter openbaar vervoer. Niets nieuws onder de zon dus? Toch wel. De stad sloopt een paar heilige huisjes door de auto letterlijk minder plaats te geven, maar ook door fietsers niet langer overal op één te zetten. Boeiend! Dus klopten we aan bij Koen Olde Monnikhof en Stijn Ringnalda, twee beleidsmedewerkers stadsontwikkeling in Groningen.

“Onze stad groeit zowel door meer inwoners als door meer bezoekers, maar moet wel een plek blijven waar het aangenaam leven is, met voldoende groen. De ruimte daarvoor is beperkt en dus moeten we keuzes maken. Heel concreet betekent dat om te beginnen minder plaats voor auto’s. Uit berekeningen bleek dat in Groningen een auto tot wel 135 m² opeist. Bij een fiets is dat maar 9 m²”, vertelt Koen. Om de ruimte te herverdelen wil de stad rijstroken en parkeerplaatsen schrappen. Logisch gevolg is dat bewoners niet altijd meer zullen kunnen parkeren voor hun deur. De stad vindt parkeren op 250 tot 500 meter afstand aanvaardbaar. Roept dat geen tegenstand op? “Tot nu toe is dat beperkt. Heel wat bewoners vinden ook zelf andere zaken belangrijk. Ze willen een goed onderhouden en propere straat met groen en ruimte om te spelen en mensen te ontmoeten. Uit een bevraging blijkt dat parkeren pas op de tiende plaats komt”, licht Stijn toe.

Je zult niet meer dwars door de stad kunnen. De ringweg is de belangrijkste ader voor autoverkeer.

Radicale sluiting

Nog zo’n gewaagde keuze op dat vlak is het sluiten van een bezoekersparking die pal in het midden van de stad ligt. Een parkeertoren met vier lagen krijgt in 2025 een andere bestemming. Daardoor verdwijnen in één klap 340 plaatsen. Wie de stad bezoekt, wordt vriendelijk doch dwingend verzocht om de auto achter te laten op grote randparkings. Dat verhaal klinkt bezoekers van Antwerpen bekend in de oren. Alleen staan onze nieuwe P+R’s vooral leeg. “Toevallig was ik onlangs in Antwerpen voor een werkbezoek. Die nieuwe parkings zijn schitterende gebouwen en hebben volgens mij alles in zich om een succes te worden. Maar je moet het tijd geven. Mensen moeten wennen aan dat nieuwe concept. Daarnaast moet het autoverkeer in de stad wel ontmoedigd worden door parkeergarages te sluiten of tarieven te verhogen en tegelijk het alternatief heel goed te maken, door bijvoorbeeld voldoende frequent openbaar vervoer aan te bieden”, analyseert Koen. “Een van onze ziekenhuizen ligt in het centrum. Wie daar werkt, heeft geen parkeerplaats meer, maar moet parkeren op de P+R. In de spits zijn er tot twaalf bussen per uur. De werkgever vergoedt een flink deel van de kosten van de bus van de P+R naar het ziekenhuis. Dat werkt prima.”

 

Een nieuwe koning

Daar waar wij in ons land nog altijd aan het proberen zijn om mensen uit de auto en op de fiets te krijgen, hebben ze in Groningen weer andere katten te geselen. Maar liefst 60% van alle verplaatsingen gebeurt met de fiets en dat creëerde nieuwe problemen die ze nu aanpakken. “Door het hoge aantal fietsers stonden trottoirs soms vol tweewielers, wat dan weer hinderlijk was voor anderen. We willen in Groningen de fietsers nog altijd omarmen, maar wel op de juiste plekken”, vertelt Stijn. “Het fietsparkeren willen we anders organiseren door hoogwaardige fietsstallingen te bouwen. Zo hebben we twee nieuwe fietsstallingen met zo’n 2700 plaatsen. De binnenstad blijft nog altijd goed bereikbaar voor de fiets, maar de overlast door te veel fietsen in de openbare ruimte neemt af”, vult Koen aan. 

In 1977 werd koning auto van z’n sokkel gestoten en kwam de focus op fietsen te liggen. Dit nieuwe plan bevat heel veel aandacht voor de voetganger. Wandelen is de meest duurzame, gezonde en minst belastende wijze van verplaatsen, zo staat in het plan. Groningen zet dan ook volop in op brede trottoirs en veel groen, waardoor het aangenaam is om te wandelen. Dat betekent ook dat fietsers soms een beetje zullen moeten omrijden en niet altijd meer de kortste route kunnen volgen. 

Winkels moeten op centrale plekken liggen, zodat je er te voet of met de fiets naartoe kunt. Radicaal het tegenovergestelde van wat er in ons land met de baanwinkels gebeurde.

De rekken van de Jumbo

Het plan geeft ook een heel duidelijke visie weer over ruimtelijke ordening. Winkels moeten op centrale plekken liggen, zodat je er te voet of met de fiets naartoe kunt. Radicaal het tegenovergestelde van wat er in ons land met de baanwinkels gebeurde. Verder mogen scholen, winkels of grote kantoren niet op geïsoleerde plaatsen komen, maar moeten ze zich concentreren rond punten die makkelijk bereikbaar zijn met het openbaar vervoer. Bij scholen moet de bereikbaarheid met de auto ook drastisch teruggeschroefd worden. Leerlingen moeten met de fiets of te voet naar school. Ouders die met hun wagens in rijen dik hun kroost komen droppen, maken de situatie ongewild alleen maar onveiliger. Dat dus niet meer.

Ook het logistiek vervoer in het centrum moet anders. Vanaf 2025 moet dat emissievrij gebeuren. Grote dieselvrachtwagens die de Jumbo en Albert Heijn komen bevoorraden? Neen. “Met een bakfiets de rekken gaan vullen wordt natuurlijk lastig, dus ja, op dat vlak zijn er nog wel uitdagingen. Maar we zien nu al dat op één jaar tijd de logistiek zich anders heeft georganiseerd, bijvoorbeeld door ondernemers die transporten delen”, weet Stijn. Heeft de auto in dit alles dan helemaal geen plaats meer? Toch wel. “Je zult niet meer dwars door de stad kunnen, maar de ringweg blijft een belangrijke ader. Via de ring ga je naar je bestemming in de stad en moet je naar een nieuwe bestemming, dan ga je opnieuw via de ringweg. Die gaan we deels in een tunnel leggen en we schrappen zo veel mogelijk kruispunten, waardoor het verkeer vlotter kan doorstromen”, besluiten beide heren.

 

Slimme verkeerslichten en conflictvrije kruispunten

In België wachten fietsers en automobilisten vaak nodeloos voor een rood licht. In Nederland staan al tientallen jaren slimme verkeerslichten die in functie van het aanwezige verkeer het licht op groen of rood zetten en dus niet werken met de vaste tijdsintervallen die bij ons gangbaar zijn. “Het uitgangspunt is dat iemand die staat te wachten voor rood zo veel mogelijk conflicterend verkeer ziet rijden. Wachten voor niets kan namelijk roodlichtnegatie in de hand werken”, weet Gerard van Dijck van CROW, een Nederlands kennisinstituut voor infrastructuur, verkeer en vervoer. Bij onze noorderburen gaan ze nu nog een stapje verder en werken ze sinds vijf jaar met intelligente verkeersregelingsinstallaties, de zogenoemde ivri’s. Die kunnen niet alleen communiceren met elkaar zodat je bijvoorbeeld langere stukken met groene lichten krijgt, zonder dat daarvoor kabels in de grond gestoken moeten worden, maar kunnen ook communiceren met het verkeer zelf. Zo weet een ivri hoeveel verkeer eraan komt en wat voor verkeer dat is. Het kan ook verkeer sturen, bijvoorbeeld tijdens de spits vaker rood licht geven in de buurt van scholen, waardoor weggebruikers andere routes gaan nemen. “Sinds 2017 zijn alle nieuwe installaties in Nederland ivri’s, dus op termijn worden alle verkeerslichten intelligent”, zegt Van Dijck. Ook bij conflictvrije kruispunten doen slimme lichten hun werk, zonder lange files te veroorzaken. “Goede software maakt dat een conflictvrije regeling niet altijd erg veel tijd hoeft te kosten. Als er goed gekeken wordt welke richtingen gelijktijdig groen kunnen krijgen zonder conflicten en dat ook flexibel te maken op basis van het actueel aanbod van verkeer, krijg je al snel een bijzonder effectieve en veilige verkeersstroom.” Ook ons land wil overigens eindelijk aan de slag gaan met ivri’s, waardoor we niet langer tijd staan te verprutsen voor kruisend verkeer dat er niet is.

Vorig artikelTrap je rijk met de fietsvergoeding?
Volgend artikel8 grote vakantiehuizen voor de hele bende