Het Italiaanse Benelli had het de laatste jaren wat moeilijker. Met de Leoncino willen ze weer voet aan grond krijgen.
Terug van weggeweest
Benelli is één van de oudste Italiaanse motormerken – de eerste Benelli-motor stamt uit 1921 –, maar de laatste decennia beleefde het moeilijke tijden. In 2005 kwam Benelli in handen van de Chinese QianJiang-groep. De productie van vooral lichte modellen verhuisde naar China. In het Italiaanse Pesaro werd een kleine afdeling behouden. Begin 2018 nam invoerder Moteo de vertegenwoordiging van Benelli voor ons land in handen, en zet nu meer middelen in om het merk te ondersteunen. Ondertussen toonde Benelli enkele nieuwe modellen, waaronder twee 500cc’ers: de Leoncino (Italiaans voor welp) en de TRJ 502, een adventure-bike. Wij reden met de Leoncino. De motor, een scramblertype, oogt leuk en ziet er redelijk robuust uit, onder meer dankzij de forse voorvork. De krachtbron is een watergekoelde 500cc-tweecilinder, die een vermogen van 35 kW (47,6 pk) levert. Daarmee is de Leoncino ook geschikt voor houders van het A2-rijbewijs.
De Leoncino is vooral in zijn element op kleinere wegen en makkelijk mee te manoeuvreren in de file.
Rijgedrag
De twin produceert een mooi, sonoor uitlaatgeluid. De zit is goed, al is het zadel vrij hard. De vering is dan weer aan de stugge kant. Ondanks het geringere vermogen moet je niet aan rijplezier inboeten. De motor trekt vlot op, en bij 120 kilometer per uur op de snelweg heb je nog wat over. Hij is vooral in zijn element op kleinere wegen en makkelijk mee te manoeuvreren in de file. Het stuur en de voetsteunen geven lichte vibraties, maar die zijn niet echt hinderlijk. Samengevat: de Benelli Leoncino is een leuke no-nonsense speelmotor voor een heel schappelijke prijs. We raden echter een goed nazicht voor de aflevering aan om mogelijke schoonheidsfoutjes eruit te halen.
TESTMOTOR |
500cc-tweecilinder (benzine), 35 kW/47,6 pk |
TESTVERBRUIK |
4,3 l/100 km |
CO₂-EMISSIE |
100 g/km |
BUDGET |
|
PLUS |
|
MIN |
|